Betekenis aanzetten

Op deze pagina vind je 11 verschillende betekenissen of definities van het woord 'aanzetten’, geordend van meest populaire betekenis naar minst populaire. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 0

Aanzetten

Aanhitsen, Aanmoedigen, Aanporren, Aansporen, Aanstoken, Aanvuren, Aanwakkeren, Animeren, Bemoedigen, Bewegen, Drijven, Ophitsen, Opporren, Oproepen, Opzwepen, Pramen, Prikkelen, Stimuleren, Uitnodigen; Bewegen, Drijven, Ingeven, Nopen; Aanslaan; Aandoen, Inschakelen, Opendraaien, Starten; Scherpen, Scherp maken, Slijpen, Wetten; Naderen; Vastmaken, Vastnaaien; Accentueren

2 0

aanzetten

(overgankelijk) ~ tegen tegen iets plaatsen
VB: Hij had zijn fiets tegen de muur aangezet.

3 0

aanzetten

(overgankelijk) op een kier zetten
VB: Het venster werd aangezet.

4 0

aanzetten

(overgankelijk) vastmaken
VB: Soms kunnen afgesneden lichaamsdelen weer aangezet worden, maar lang niet altijd.

5 0

aanzetten

(overgankelijk) scherpen
VB: Hij zette zijn mes alleen even aan op het aanzetstaal en besloot dat hij het later wel een goed zou slijpen.

6 0

aanzetten

(overgankelijk) ~ tot aansporen, op gang zetten
VB: Zijn vrienden hadden hem daartoe aangezet.

7 0

aanzetten

(ergatief) een korst afzetten, vast gaan zitten aan een pan
VB: Roer af en toe om te zorgen dat de linzen niet aan de bodem van de pan aanzetten.

8 0

aanzetten

accentueren

9 0

aanzetten

(overgankelijk) activeren, in gang zetten, van stroom voorzien
VB: Hij trachtte zijn PC aan te zetten, maar de batterij had het begeven.

10 0

aanzetten

komen, verschijnen
VB: Hij kwam aanzetten met een grote taart.

11 0

aanzetten

meervoud van het zelfstandig naamwoord aanzet

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip aanzetten toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!