Betekenis afroomde

Op deze pagina vind je 1 betekenis of definitie van het woord 'afroomde’. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 0

afroomde

(in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afromen

VB: ... dat ik afroomde.
... dat jij afroomde.
... dat hij, zij, het afroomde.

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip afroomde toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!