Betekenis doen

Op deze pagina vind je 4 verschillende betekenissen of definities van het woord 'doen’, geordend van meest populaire betekenis naar minst populaire. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 -1

Doen

Afleggen, Bedrijven, Begaan, Beoefenen, Betrachten, Fiksen, Flikken, Gedragen, Handelen, Klaarspelen, klaren, Lappen, Maken, Ondernemen, Plegen, Presteren, Uithalen, Uitrichten, Uitspoken, Uitvoeren, Uitvreten, Verrichten, Volbrengen; Functioneren, Lopen, Marcheren, Werken; Aanrichten, Aanstichten, Berokkenen, Berokkenen, Bewerkstelligen, Bezorgen, Stichten, Teweegbrengen, Veroorzaken; Laten; Plaatsen, Stellen, Zetten; Kosten, Opbrengen; Kuisen, Opkuisen, Opschonen, Poetsen, Reinigen, Schoonmaken, Geven; Aandoen, Bereizen, Bezichtigen, Bezoeken

2 -1

doen

het verrichten van een werk
VB: Tegenwoordig is niet het spreken belangrijk, maar het doen.

3 -1

doen

(overgankelijk) een actie ondernemen
VB: Laten we wat anders doen.

4 -1

doen

(hulpwerkwoord) maakt van een ergatief werkwoord een causatieve constructie
VB: De hitte van de zon deed de boter smelten.

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip doen toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!