Betekenis eens

Op deze pagina vind je 5 verschillende betekenissen of definities van het woord 'eens’, geordend van meest populaire betekenis naar minst populaire. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 0

eens

alleen predicatief: het ~ zijn/worden over tot een vergelijk komen
VB: Zij konden het er niet over eens worden.

2 0

eens

op enigerlei tijd in het verleden.
VB: Eens was dat een rijke stad.

3 0

eens

op een bepaald tijdstip in de toekomst.
VB: Eens zal hij daar spijt van krijgen.

4 0

eens

modaal bijwoord dat een uitzondering of een voorstel uitdrukt.
VB: Daar moet hij eens mee ophouden.
Zal ik eens koffie zetten?

5 0

Eens

Eenmaal; In een verre toekomst, Ooit, Op een keer, Op zekere dag; Ooit, Op een keer, Weleens; Eertijds, Tempo Doeloe, Weleer; Als, Zodra; Ereis

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip eens toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!