Betekenis hield vol

Op deze pagina vind je 1 betekenis of definitie van het woord 'hield vol’. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 0

hield vol

enkelvoud verleden tijd van volhouden

VB: Ik hield vol.
Jij hield vol.
Hij, zij, het hield vol.

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip hield vol toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!