Op deze pagina vind je 1 betekenis of definitie van het woord 'stuiterde’. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.
1-1
stuiterde
enkelvoud verleden tijd van stuiteren
VB: Ik stuiterde.
Jij stuiterde.
Hij, zij, het stuiterde.