Betekenis vlak

Op deze pagina vind je 10 verschillende betekenissen of definities van het woord 'vlak’, geordend van meest populaire betekenis naar minst populaire. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 2

vlak

(wiskunde) een verzameling punten die twee dimensies vult
VB: Hij kon enkel grote vlakken inkleuren.

2 1

vlak

helemaal
VB: Mensen denken verschillend over dit plan, maar ik ben er vlak voor.

3 0

Vlak

Effen, Egaal, Gelijk, Glad, Horizontaal, Kaal, Plat, Toonloos, Waterpas; Oppervlak, Oppervlakte, Tafel, Vlakte; Gebied, Terrein; Helemaal, Vierkant, Volstrekt; Pal, Pardoes, Precies; Duidelijk

4 0

vlak

zonder hoogte- en dieptepunten

5 0

vlak

op vlakke wijze
VB: Hij had het glas niet vlak neergezet en het viel daardoor om.

6 0

vlak

eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vlakken

VB: Ik vlak.

7 0

vlak

gebiedende wijs van vlakken

VB: Vlak!

8 0

vlak

(bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vlakken

VB: Vlak je?

9 -1

vlak

zonder bergen of dalen
VB: Dat was een vlakke weg.

10 -1

vlak

versterkend: in de onmiddellijke omgeving
VB: Het huis staat vlak naast een winkel en vlak bij een park.

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip vlak toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!