Betekenis woonde samen

Op deze pagina vind je 1 betekenis of definitie van het woord 'woonde samen’. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 1

woonde samen

enkelvoud verleden tijd van samenwonen

VB: Ik woonde samen.
Jij woonde samen.
Hij, zij, het woonde samen.

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip woonde samen toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!